Handhaving Wmo – Fraudealertheid

In de media verschijnen regelmatig artikelen over fraude met zorggelden: Over directeuren van malafide zorgbureaus die rijk worden en zorgbureaus die als paddenstoelen uit de grond schieten. Over gemeenten met tekorten voor de zorg op de begroting en zorgbudgetten die onder druk staan.

Doorgaans is de zorgbehoevende de dupe. Ook worden gerenommeerde zorgbureaus hierop aangekeken en ten onrechte mee vergeleken. Gemeenten zijn verantwoordelijke voor de beoordeling van de juiste zorg voor iedere inwoner. Dat is op zich al geen eenvoudige taak. Van klantmanagers Wmo en Jeugdwet wordt veel gevraagd en zij hebben veel verantwoordelijken.

Hoe maak je het onderscheid tussen rechtmatige en doelmatige zorg en mogelijke signalen die duiden op misstanden, oneigenlijke gebruik en misbruik?

Enkele voorbeelden:

  • Een zorginstelling maakt misbruik van de digiD van cliënten (naast het feit dat dit al op zich strafbaar is, kunnen er zaken buiten de cliënten om worden aangevraagd, gewijzigd etc.)
  • Vervalsen van handtekeningen op facturen
  • Dagbesteding bestaat uit het knippen van hennep
  • Een zorginstelling met 10 klanten zonder personeel
  • Cliënten die gelokt worden met cadeaus
  • Dagbesteding op locatie betreft een (lege) woning
  • Geschiktheid dagbestedingslocatie
  • Facturen waarop 40 uur per dag zorg wordt geleverd aan één klant
  • Zorgverleners die niet of nauwelijks gediplomeerd zijn
  • Budgethouder en zorgaanbieder spelen via een constructie onder één hoedje
  • Cliënt heeft een PGB huishoudelijke hulp en begeleiding maar is ook zorgverlener op de dagbesteding, individuele begeleider en huishoudelijke hulp in een andere gemeente

Hoe kan worden voorkomen dat cliënten hier de dupe van worden en de juiste zorg of voorziening krijgen toegewezen? Hoe maken we het onderscheid tussen de integere zorgaanbieder en onbetrouwbare zorgbureaus/zorgaanbieders en -verleners?

Een goede selectie aan de poort is daarvoor van het grootste belang! Daarom heeft DRIVO opleiding & handhaving hiervoor een training ontwikkeld. Tijdens deze training gaan we in op het herkennen van signalen van mogelijk onrechtmatigheden, oneigenlijk gebruik en misbruik in de zorg en met zorggelden.

Tijdens de training worden al de vermelde onderdelen besproken en getraind door middel van onder andere casuïstiek, zowel op individueel als groepsniveau. Ook besteden we aandacht aan het gesprek met budgethouder, vertegenwoordiger, zorgverlener individueel en zorgaanbieder.

Veel aandacht zal er zijn voor de gespreksvaardigheden. Op welke wijze krijgen we juiste en volledige informatie en inzicht omtrent de zorgvraag, de zorgaanbieder etc.? Wat kan er wel en niet worden gevraagd en hoe ver mogen en kunnen we hierbij gaan?